Hiv-2 bij volwassenen: Behandeling en monitoring
Uit Richtlijnen HIV
De werkgroep verwijst hierbij naar de Amerikaanse richtlijnen, waarbij de volgende opmerkingen worden gemaakt:
Belangrijkste aanvulling is ten aanzien van de groepen nieuwe antiretroviralen.
- Intrinsieke resistentie van HIV-2 t.o.v. enfurvitide [Poveda, 2004];
- Gevoeligheid van HIV-2 voor PI is wisselend: beste PI lijken lopinavir, saquinavir en darunavir [Desbois, 2008; Brower, 2008];
- Over de effectiviteit van integraseremmers t.o.v. HIV-2 zijn weinig beschikbare data [Roquebert, 2008];
- De effectiviteit van maraviroc tov HIV-2: weinig beschikbare data met wisselende resultaten. Er is geen test om tropisme van HIV-2 vast te stellen.
Literatuur
- Brower ET, Bacha UM, Kawasaki Y, Freire E. Inhibition of HIV-2 protease by HIV-1 protease inhibitors in clinical use. Chem Biol Drug Des 2008; 71: 298-305.
- Desbois D, Roquebert B, Peytavin G, Damond F, Collin G, Bénard A, et al. In vitro phenotypic susceptibility of human immunodeficiency virus type 2 clinical isolates to protease inhibitors. Antimicrob Agents Chemother 2008; 52: 1545-8.
- Poveda E, Rodes B, Toro C, Soriano V. Are fusion inhibitors active against all HIV variants? AIDS Res Hum Retroviruses 2004; 20: 347-8.
- Roquebert B, Damond F, Collin G, Matheron S, Peytavin G, Bénard A, Campa P, et al. HIV-2 integrase gene polymorphism and phenotypic susceptibility of HIV-2 clinical isolates to the integrase inhibitors raltegravir and elvitegravir in vitro. J Antimicrob Chemother 2008; 62: 914-20.