Hiv-2 bij volwassenen: Behandeling en monitoring
Uit Richtlijnen HIV
(Verschil tussen bewerkingen)
Regel 1: | Regel 1: | ||
- | De werkgroep verwijst hierbij naar de [https://aidsinfo.nih.gov/guidelines/html/1/adult-and-adolescent-arv/ | + | De werkgroep verwijst hierbij naar de [https://aidsinfo.nih.gov/guidelines/brief-html/1/adult-and-adolescent-arv/24/hiv-2-infection Amerikaanse richtlijnen] (update april 2015), waarbij de volgende opmerkingen worden gemaakt: |
Belangrijkste aanvulling is ten aanzien van de groepen nieuwe antiretrovirale middelen. | Belangrijkste aanvulling is ten aanzien van de groepen nieuwe antiretrovirale middelen. |
Versie op 20 feb 2019 17:39
De werkgroep verwijst hierbij naar de Amerikaanse richtlijnen (update april 2015), waarbij de volgende opmerkingen worden gemaakt:
Belangrijkste aanvulling is ten aanzien van de groepen nieuwe antiretrovirale middelen.
- Intrinsieke resistentie van Hiv-2 t.o.v. enfurvitide [Poveda, 2004];
- Gevoeligheid van Hiv-2 voor PI is wisselend: beste PI lijken lopinavir, saquinavir en darunavir [Desbois, 2008; Brower, 2008];
- Over de effectiviteit van integraseremmers t.o.v. Hiv-2 zijn weinig beschikbare data [Roquebert, 2008];
- De effectiviteit van maraviroc tov Hiv-2: weinig beschikbare data met wisselende resultaten. Er is geen test om tropisme van Hiv-2 vast te stellen.
- Amprenavir en waarschijnlijk ook fosamprenavir zijn niet werkzaam tegen Hiv-2 [Ntemgwa, 2007].