Richtlijn HIV
Deze pagina is het laatst bewerkt op 9 nov 2023 om 14:24. | Deze pagina is 34.992 maal bekeken.

Resistentiebepalingen

Uit Richtlijnen HIV

(Verschil tussen bewerkingen)
Ga naar: navigatie, zoeken
Regel 1: Regel 1:
-
Het hoofdstuk over de resistentietesting uit de [https://aidsinfo.nih.gov/guidelines/html/1/adult-and-adolescent-arv/6/drug-resistance-testing DHHS richtlijn] (oktober 2018) wordt overgenomen met de volgende opmerkingen:
+
Het hoofdstuk over de resistentietesting uit de [https://aidsinfo.nih.gov/guidelines/html/1/adult-and-adolescent-arv/6/drug-resistance-testing DHHS richtlijn] (update oktober 2018) wordt overgenomen met de volgende opmerkingen:  
-
*Bij therapie-ervaren patiënten: de resistentiebepaling moet worden overwogen bij patiënten met HIV RNA tussen 200 en 1000 kopiën/mL, in tegenstelling tot de DHHS richtlijn die deze bepaling bij HIV RNA tussen 500 en 1000 kopiën/mL adviseert. Met de huidige technieken is de kans heel groot dat de genotypering ook bij HIV RNA tussen 200 en 500 kopiën/mL succesvol zal zijn.  
+
*Bij therapie-ervaren patiënten: de resistentiebepaling moet worden overwogen bij patiënten met HIV RNA tussen 200 en 1000 kopieën/mL, in tegenstelling tot de DHHS richtlijn die deze bepaling bij HIV RNA tussen 500 en 1000 kopieën/mL adviseert. Met de huidige technieken is de kans heel groot dat de genotypering ook bij HIV RNA tussen 200 en 500 kopieën/mL succesvol zal zijn.  
-
*Co-receptorbepaling:
+
*Co-receptorbepaling:  
-
 
+
**o de genotypische tropismebepaling heeft voorkeur om het HIV-1 coreceptorgebruik te bepalen.
-
o de genotypische tropismebepaling heeft voorkeur om het HIV-1 coreceptorgebruik te bepalen.<br>o de fenotypische tropismebepaling kan als een alternatief worden overwogen<br>o bij patiënten met ondetecteerbare HIV RNA kan een genotypische tropismebepaling worden gebruikt indien het gebruik van de CCR5 antagonist wordt overwogen.  
+
**o de fenotypische tropismebepaling kan als een alternatief worden overwogen
 +
**o bij patiënten met ondetecteerbare HIV RNA kan een genotypische tropismebepaling worden gebruikt indien het gebruik van de CCR5 antagonist wordt overwogen.
<br>
<br>

Versie op 31 mrt 2020 09:16

Het hoofdstuk over de resistentietesting uit de DHHS richtlijn (update oktober 2018) wordt overgenomen met de volgende opmerkingen:

  • Bij therapie-ervaren patiënten: de resistentiebepaling moet worden overwogen bij patiënten met HIV RNA tussen 200 en 1000 kopieën/mL, in tegenstelling tot de DHHS richtlijn die deze bepaling bij HIV RNA tussen 500 en 1000 kopieën/mL adviseert. Met de huidige technieken is de kans heel groot dat de genotypering ook bij HIV RNA tussen 200 en 500 kopieën/mL succesvol zal zijn.
  • Co-receptorbepaling:
    • o de genotypische tropismebepaling heeft voorkeur om het HIV-1 coreceptorgebruik te bepalen.
    • o de fenotypische tropismebepaling kan als een alternatief worden overwogen
    • o bij patiënten met ondetecteerbare HIV RNA kan een genotypische tropismebepaling worden gebruikt indien het gebruik van de CCR5 antagonist wordt overwogen.