Richtlijn HIV
Deze pagina is het laatst bewerkt op 6 dec 2023 om 14:37. | Deze pagina is 50.005 maal bekeken.

Spiegelbepaling

Uit Richtlijnen HIV

(Verschil tussen bewerkingen)
Ga naar: navigatie, zoeken
Regel 2: Regel 2:
*Geneesmiddel-geneesmiddel of geneesmiddel-voedsel interacties;  
*Geneesmiddel-geneesmiddel of geneesmiddel-voedsel interacties;  
-
*[[Hoofdstuk 7. Preventie van moeder-kind overdracht: zwangerschap, bevalling en neonatale periode|Zwangerschap]];
+
*[[Hoofdstuk 7. Preventie van moeder-kind overdracht: zwangerschap, bevalling en neonatale periode|Zwangerschap]];  
*Ongebruikelijke doseringschema’s zoals 1dd doseren terwijl het middel daar niet voor geregistreerd is, onbekende ART combinaties, etc.;  
*Ongebruikelijke doseringschema’s zoals 1dd doseren terwijl het middel daar niet voor geregistreerd is, onbekende ART combinaties, etc.;  
*Bijwerkingen;  
*Bijwerkingen;  
Regel 9: Regel 9:
Deze indicaties gelden m.n. voor de NNRTI's, INSTI's  en de PI's omdat voor deze groepen spiegel-effect relaties bekend zijn. In bijzondere gevallen kan ook TDM van andere hiv-middelen geïndiceerd zijn.  
Deze indicaties gelden m.n. voor de NNRTI's, INSTI's  en de PI's omdat voor deze groepen spiegel-effect relaties bekend zijn. In bijzondere gevallen kan ook TDM van andere hiv-middelen geïndiceerd zijn.  
-
De [https://clinicalinfo.hiv.gov/en/guidelines/pediatric-arv/clinical-and-laboratory-monitoring-pediatric-hiv-infection?view=full Amerikaanse richtlijnen voor de behandeling van kinderen met een hiv-infectie](update april 2020) bevatten dezelfde indicaties voor TDM, waarbij nog wordt toegevoegd dat TDM behulpzaam kan zijn bij het vinden van de juiste dosering i.v.m. groei, gebruik van niet-geregistreerde doseringen, etc.  
+
De [https://clinicalinfo.hiv.gov/en/guidelines/pediatric-arv/clinical-and-laboratory-monitoring-pediatric-hiv-infection?view=full DHHS-richtlijnen voor de behandeling van kinderen met een hiv-infectie](update april 2020) bevatten dezelfde indicaties voor TDM, waarbij nog wordt toegevoegd dat TDM behulpzaam kan zijn bij het vinden van de juiste dosering i.v.m. groei, gebruik van niet-geregistreerde doseringen, etc.  
Bij het gebruik van TDM in het kader van een vermoeden van therapie-ontrouw geldt het volgende: een goede spiegel bewijst geen therapietrouw; een afwezige (of heel lage) spiegel bevestigt therapie-ontrouw, mits andere verklaringen uitgesloten zijn. <br>  
Bij het gebruik van TDM in het kader van een vermoeden van therapie-ontrouw geldt het volgende: een goede spiegel bewijst geen therapietrouw; een afwezige (of heel lage) spiegel bevestigt therapie-ontrouw, mits andere verklaringen uitgesloten zijn. <br>  

Versie op 28 apr 2021 12:30

De meest recente versie van de EACS richtlijn (versie 10.1; oktober 2020) benoemt expliciet de rol van spiegelbepaling (therapeutic drug monitoring, TDM) bij patiënten met virologisch falen. De richtlijn stelt verder dat in een aantal bijzondere situaties zoals leverdysfunctie, nierfunctiestoornis en na bariatrische chirurgie TDM geïndiceerd is. Als aanvulling op het bovenstaande beveelt de richtlijnwerkgroep de volgende klinische scenario’s aan waar TDM overwogen kan worden:

  • Geneesmiddel-geneesmiddel of geneesmiddel-voedsel interacties;
  • Zwangerschap;
  • Ongebruikelijke doseringschema’s zoals 1dd doseren terwijl het middel daar niet voor geregistreerd is, onbekende ART combinaties, etc.;
  • Bijwerkingen;
  • Vermoeden van therapie-ontrouw.

Deze indicaties gelden m.n. voor de NNRTI's, INSTI's  en de PI's omdat voor deze groepen spiegel-effect relaties bekend zijn. In bijzondere gevallen kan ook TDM van andere hiv-middelen geïndiceerd zijn.

De DHHS-richtlijnen voor de behandeling van kinderen met een hiv-infectie(update april 2020) bevatten dezelfde indicaties voor TDM, waarbij nog wordt toegevoegd dat TDM behulpzaam kan zijn bij het vinden van de juiste dosering i.v.m. groei, gebruik van niet-geregistreerde doseringen, etc.

Bij het gebruik van TDM in het kader van een vermoeden van therapie-ontrouw geldt het volgende: een goede spiegel bewijst geen therapietrouw; een afwezige (of heel lage) spiegel bevestigt therapie-ontrouw, mits andere verklaringen uitgesloten zijn.

Streefwaarden en interpretaties van TDM uitslagen zijn terug te vinden op www.tdm-protocollen.nl (TDM-protocollen).

Bij vragen over de juiste indicatiestelling voor TDM, interpretatie van resultaten, etc, kan men contact opnemen met de eigen apotheker of 1 van de HIV vraagbaken van de apotheek van het Radboudumc via IDPharmacology@radboudumc.nl.