Richtlijn HIV
Deze pagina is het laatst bewerkt op 14 dec 2023 om 19:06. | Deze pagina is 80.472 maal bekeken.

Diagnostiek en behandeling acute hiv-infectie

Uit Richtlijnen HIV

(Verschil tussen bewerkingen)
Ga naar: navigatie, zoeken
(21 tussenliggende versies worden niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
-
<span style="background-color: #ffff00">'''TEKST UIT OUDE NEDERLANDSE RICHTLIJN OVERGENOMEN:&nbsp;AKKOORD?'''</span>
+
De [https://aidsinfo.nih.gov/guidelines/brief-html/1/adult-and-adolescent-arv/20/acute-and-recent--early--hiv-infection Amerikaanse richtlijnen]&nbsp;(update oktober 2018) kunnen als uitgangspunt voor de diagnostiek en de behandeling van een primaire (acute)&nbsp;hiv-infectie dienen.
-
== Inleiding  ==
+
Confirmatie met NAAT na een negatieve of indeterminate test geeft kleine kans op het missen van een hiv-variant, die een primer mismatch heeft met de gebruikte PCR test en mist een eventuele infectie met hiv-2.<br>Bij gebruik van PEP kunnen hiv-RNA en antistoffen vertraagd opkomen.<br>
-
 
+
-
Onder primaire HIV-infectie, ook wel acute of recente HIV-infectie genoemd, wordt verstaan de periode tussen enerzijds, exposure c.q. window fase, anderzijds de fase van chronische HIV-infectie. Kenmerkend voor acute HIV-infectie zijn de dynamiek van de plasma HIV-load, en de ontwikkeling van de cellulaire en humorale immuniteit tegen HIV. De plasma HIV-load kent in deze periode een karakteristieke piek, die een hoogte kan bereiken van enkele (tientallen) miljoenen HIV-RNA kopieën/ml, gevolgd door een afname tot een redelijk stabiel niveau, het zgn. virale setpoint. De afname van de piek valt samen met de opkomst van cytotoxische T-cellen. Daarnaast is er tijdens een primaire HIV-infectie vaak een periode waarin een verlaging van het aantal CD4 cellen optreedt ([http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/9845513?itool=EntrezSystem2.PEntrez.Pubmed.Pubmed_ResultsPanel.Pubmed_RVDocSum&ordinalpos=3 Busch, 1997]; [http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=1871%5Bpage%5D+AND+Fiebig%5Bfirst+author%5D Fiebig, 2003]). Parallel loopt de ontwikkeling van de antistoffen, geïllustreerd door het toenemen van de reactiviteit in de ELISA en Western blot. Zowel het aantal virale eiwitten waartegen reactiviteit gemeten wordt als de intensiteit van de reactie neemt toe. Indien vroegtijdig antiretrovirale therapie gestart wordt, kan deze ontwikkeling trager verlopen of zelfs weer afnemen ([http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=2333%5Bpage%5D+AND+Lindback%5Bfirst+author%5D Lindback, 2000]; [http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=1607%5Bpage%5D+AND+Jurriaans%5Bfirst+author%5D Jurriaans, 2004]).
+
-
 
+
-
Een primaire HIV-infectie kan asymptomatisch verlopen of gepaard gaan met (ernstige) symptomen. Er bestaat een verband tussen ernst en duur van de symptomen en de snelheid van ziekteprogressie, waarbij het optreden van symptomen correleert aan een snelle progressie ([http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=51%5Bpage%5D+AND+keet%5Bfirst+author%5D Keet, 1993]; [http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=1535%5Bpage%5D+AND+Lindback%5Bfirst+author%5D Lindback, 1994]; [http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=323%5Bpage%5D+AND+Vanhems+P%5Bfirst+author%5D Vanhems, 1998]; [http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/10882619?itool=EntrezSystem2.PEntrez.Pubmed.Pubmed_ResultsPanel.Pubmed_RVDocSum&ordinalpos=2 Vanhems, 2000]). Symptomen bij een primaire HIV-infectie zijn echter niet specifiek genoeg voor het stellen van de diagnose. Omdat de diagnose ‘primaire HIV-infectie’ mogelijk de consequentie heeft dat er antiretrovirale therapie wordt gestart, dient de diagnose onderbouwd te worden door middel van laboratorium onderzoek(en) ([http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=1129%5Bpage%5D+AND+Brinkman+K%5Bfirst+author%5D Brinkman, 1999]; [http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=25%5Bpage%5D+AND+Daar+ES%5Bfirst+author%5D Daar, 2001]; [http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=1119%5Bpage%5D+AND+Hecht+F%5Bfirst+author%5D Hecht, 2002]). Hoewel er geen standaard uit de literatuur beschikbaar is, worden de volgende (combinaties van) labuitslagen geaccepteerd als aanwijzingen of bewijzend voor de diagnose ‘primaire HIV-infectie’:
+
-
 
+
-
*een positieve HIV-RNA of DNA, of een positieve p24 antigeen en een:
+
-
**negatieve of zwak-positieve ELISA of
+
-
**negatieve of indeterminate Western blot
+
-
*een [[Negatieve detuned ELISA]] in combinatie met een positieve ELISA of Western blot
+
-
*een negatieve ELISA minder dan 6 maanden voor seroconversie
+
-
 
+
-
Er zijn aanwijzingen dat een behandelperiode tijdens acute HIV-infectie een gunstige invloed heeft op de ontwikkeling van de HIV-specifieke afweer en het beloop van de plasma HIV-load ([http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=523%5Bpage%5D+AND+rosenberg%5Bfirst+author%5D Rosenberg, 2000]).
+
-
 
+
-
<br>
+
-
 
+
-
== Uitgangsvragen  ==
+
-
 
+
-
#Kan behandeling met antiretrovirale middelen bij een symptomatische primaire HIV-infectie de duur en/of ernst van de symptomen in gunstige zin beïnvloeden?
+
-
#Kan antiretrovirale therapie tijdens een primaire HIV-infectie het beloop van het aantal CD4 cellen en de plasma HIV-load op de lange termijn gunstig beïnvloeden?
+
-
#Kan antiretrovirale therapie tijdens een primaire HIV-infectie het klinisch beloop op lange termijn gunstig beïnvloeden?
+
-
 
+
-
<br>
+
-
 
+
-
== Literatuurverzameling  ==
+
-
 
+
-
De volgende bronnen werden geïncludeerd in de literatuur verzameling:
+
-
 
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov National Library of Medicine (PubMed)]
+
-
*[http://gateway2.ovid.com/ovidweb.cgi OVID/EMBASE Journals@Ovid Full Text]
+
-
 
+
-
<br>
+
-
 
+
-
== Wetenschappelijke onderbouwing  ==
+
-
 
+
-
Gerandomiseerde studies dateren van voor het ‘HAART-tijdperk’ ([http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=408%5Bpage%5D+AND+Kinloch+DE+Loes+S%5Bfirst+author%5D Kinloch, 1995]; [http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/9652426?itool=EntrezSystem2.PEntrez.Pubmed.Pubmed_ResultsPanel.Pubmed_RVDocSum&ordinalpos=2 Niu, 1998]), en daarna ontbreekt vergelijkend onderzoek van voldoende kwaliteit, zodat een antwoord op bovenstaande vragen slechts met indirect bewijs kan worden ondersteund, zoals een systematische review onlangs bevestigde ([http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=709%5Bpage%5D+AND+Smith+DE%5Bfirst+author%5D Smith, 2004]). Het starten van HAART tijdens een primaire HIV-infectie heeft een virologische en immunologische respons vergelijkbaar met de respons tijdens de behandeling van chronische HIV ([http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/10950796?itool=EntrezSystem2.PEntrez.Pubmed.Pubmed_ResultsPanel.Pubmed_RVDocSum&ordinalpos=1 Smith, 2000]). Wel is het mogelijk dat de plasma HIV-load trager daalt na de start van HAART bij een primaire HIV-infectie dan bij een chronische HIV-infectie ([http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=2831%5Bpage%5D+AND+Putter+H%5Bfirst+author%5D Putter, 2000]). Onderdrukking van de plasma HIV load heeft verder tot gevolg dat de CTL respons afneemt ([http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=169%5Bpage%5D+AND+Altfeld+M%5Bfirst+author%5D Altfeld, 2001]), en het V-beta repertoire van de T-cel receptor behouden blijft, dit laatste in tegenstelling tot behandeling bij chronische HIV-infectie, waarbij dit niet gebeurt ([http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/15076235?itool=EntrezSystem2.PEntrez.Pubmed.Pubmed_ResultsPanel.Pubmed_RVDocSum&ordinalpos=1 Cossarizza, 2004]). Na de start van HAART tijdens een primaire HIV-infectie neemt de HIV-specifieke T-helper respons toe tot waardes die vergelijkbaar zijn met waardes die gevonden worden bij long-term non-progressors. Een dergelijk fenomeen treedt niet op bij de behandeling met HAART van chronische HIV-infectie ([http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=523%5Bpage%5D+AND+rosenberg%5Bfirst+author%5D Rosenberg, 2000]). Dit suggereert de mogelijkheid dat een tijdelijke, vroege behandeling zou kunnen leiden tot een verlenging van het interval tussen seroconversie en de start van therapie tijdens chronische HIV-infectie. Op dit moment ontbreken echter klinische data. Ook de duur van een eventuele vroege behandeling met HAART is onbekend. Deze vraag zal moeten worden beantwoord in gerandomiseerd onderzoek. Een Nederlandse multi-center studie is in 2003 gestart.
+
-
 
+
-
<br>
+
-
 
+
-
== Conclusies  ==
+
-
 
+
-
{| style="background-color: gainsboro" border="1"
+
-
|-
+
-
| '''Niveau 3'''
+
-
| Kortdurende behandeling van een primaire HIV-infectie kan de HIV-specifieke T-helper respons op unieke wijze verbeteren.
+
-
''B ''[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=523%5Bpage%5D+AND+rosenberg%5Bfirst+author%5D ''Rosenberg, 2000'']
+
-
 
+
-
|}
+
-
 
+
-
<br>
+
-
 
+
-
{| style="background-color: gainsboro" border="1"
+
-
|-
+
-
| '''Niveau 4'''
+
-
| De klinische voordelen van een betere HIV-specifieke T-helper respons zijn niet bekend.
+
-
|}
+
-
 
+
-
<br>
+
-
 
+
-
{| style="background-color: gainsboro" border="1"
+
-
|-
+
-
| '''Niveau 4'''
+
-
| De optimale duur van een vroege behandeling met HAART is onbekend.
+
-
|}
+
-
 
+
-
<br>
+
-
 
+
-
{| style="background-color: gainsboro" border="1"
+
-
|-
+
-
| '''Niveau 1'''
+
-
| Het ontbreekt aan voldoende klinische gegevens om een voorkeur uit te spreken voor een vroege behandeling met HAART tijdens een primaire HIV-infectie.  
+
-
''A1 [http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=709%5Bpage%5D+AND+Smith+DE%5Bfirst+author%5D Smith, 2004]''
+
-
 
+
-
|}
+
-
 
+
-
<br>
+
-
 
+
-
== Overige overwegingen  ==
+
-
 
+
-
Indien antiretrovirale therapie gestart wordt voordat een resistentiebepaling bekend is, dient het risico van primair aanwezige resistentie te worden overwogen. Tevens zal vanwege de aanwezigheid van een hoge plasma HIV-load en het trager dalen van de plasma HIV-RNA load tijdens een primaire HIV-infectie pas na langere tijd een daling van de plasma HIV-load beneden de detectiegrens optreden. Om deze redenen kan een start met meer dan drie antiretrovirale middelen gerechtvaardigd zijn.
+
-
 
+
-
<br>
+
-
 
+
-
== Aanbevelingen  ==
+
-
 
+
-
{| style="background-color: gainsboro" border="1"
+
-
|-
+
-
|
+
-
#De diagnose 'primaire HIV-infectie' dient bevestigd te worden met laboratoriumonderzoeken.
+
-
#Eventuele behandeling dient in onderzoeksverband te geschieden.
+
-
 
+
-
|}
+
-
 
+
-
<br>
+
-
 
+
-
== Literatuur  ==
+
-
 
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=169%5Bpage%5D+AND+Altfeld+M%5Bfirst+author%5D Altfeld M, Rosenberg ES, Shankarappa R, Mukherjee JS, Hecht FM, Eldridge RL, et al. Cellular immune responses and viral diversity in individuals treated during acute and early HIV-1 infection. J Exp Med 2001; 193: 169-80.]
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=1129%5Bpage%5D+AND+Brinkman+K%5Bfirst+author%5D Brinkman K, Prins JM, Jurriaans S, Lange JM. [Primary HIV-infection: infectious mononucleosis-like presentation with treatment options. Ned Tijdschr Geneeskd. 1999; 143: 1129-1133.]
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/9845513?itool=EntrezSystem2.PEntrez.Pubmed.Pubmed_ResultsPanel.Pubmed_RVDocSum&ordinalpos=3 Busch MP, Satten GA. Time course of viremia and antibody seroconversion following human immunodeficiency virus exposure. Am J Med 1997; 102: 117-24.]
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/15076235?itool=EntrezSystem2.PEntrez.Pubmed.Pubmed_ResultsPanel.Pubmed_RVDocSum&ordinalpos=1 Cossarizza A, Poccia F, Agrati C, D’Offizi G, Bugarini R, Pinti M, et al. Highly active antiretroviral therapy restores CD4 Vbeta T-cell repertoire in patients with primary acute HIV infection but not in treatment-naive HIV+ patients with severe chronic infection. J Acquir Immune Defic Syndr 2004; 35: 213-22.]
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=25%5Bpage%5D+AND+Daar+ES%5Bfirst+author%5D Daar ES, Little S, Pitt J, Santangelo J, Ho P, Harawa N, et al. Diagnosis of primary HIV-1 infection. Los Angeles County Primary HIV Infection Recruitment Network. Ann Intern Med 2001; 134: 25-29.]
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=1871%5Bpage%5D+AND+Fiebig%5Bfirst+author%5D Fiebig EW, Wright DJ, Rawal BD, Garrett PE, Schumacher RT, Peddada L, et al. Dynamics of HIV viremia and antibody seroconversion in plasma donors: implications for diagnosis and staging of primary HIV infection. AIDS 2003; 17: 1871-9.]
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=1119%5Bpage%5D+AND+Hecht+F%5Bfirst+author%5D Hecht FM, Busch MP, Rawal B, Webb M, Rosenberg E, Swanson M, et al. Use of laboratory tests and clinical symptoms for identification of primary HIV infection. AIDS 2002; 16: 1119-29.]
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=1607%5Bpage%5D+AND+Jurriaans%5Bfirst+author%5D Jurriaans S, Sankatsing SUC, Prins JM, Schuitemaker H, Lange J, van der Kuyl AC, et al. HIV-1 seroconversion in an HIV-1-seropositive patient treated during acute infection with highly active antiretroviral therapy and mycophenolate mofetil. AIDS 2004; 18: 1607-8.]
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=51%5Bpage%5D+AND+keet%5Bfirst+author%5D Keet IP, Krijnen P, Koot M, Lange JM, Miedema F, Goudsmit J, et al. Predictors of rapid progression to AIDS in HIV-1 seroconverters. AIDS 1993; 7: 51-7.]
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=408%5Bpage%5D+AND+Kinloch+DE+Loes+S%5Bfirst+author%5D Kinloch-de Loes S, Hirschel BJ, Hoen B, Cooper DA, Tindall B, Carr A, et al. A controlled trial of zidovudine in primary human immunodeficiency virus infection. N Engl J Med 1995; 333: 408-13.]
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=1535%5Bpage%5D+AND+Lindback%5Bfirst+author%5D Lindback S, Brostrom C, Karlsson A, Gaines H. Does symptomatic primary HIV-1 infection accelerate progression to CDC stage IV disease, CD4 count below 200 x 10(6)/l, AIDS, and death from AIDS? BMJ 1994; 309: 1535-7.]
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=2333%5Bpage%5D+AND+Lindback%5Bfirst+author%5D Lindback S, Thorstensson R, Karlsson AC, von Sydow M, Flamholc L, Blaxhult A, et al. Diagnosis of primary HIV-1 infection and duration of follow-up after HIV exposure. Karolinska Institute Primary HIV Infection Study Group. AIDS 2000; 14: 2333-9.]
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/9652426?itool=EntrezSystem2.PEntrez.Pubmed.Pubmed_ResultsPanel.Pubmed_RVDocSum&ordinalpos=2 Niu MT, Bethel J, Holodniy M, Standiford HC, Schnittman SM. Zidovudine treatment in patients with primary (acute) human immunodeficiency virus type 1 infection: a randomized, double-blind, placebo-controlled trial. DATRI 002 Study Group. Division of AIDS Treatment Research Initiative. J Infect Dis 1998; 178: 80-91.]
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=2831%5Bpage%5D+AND+Putter+H%5Bfirst+author%5D Putter H, Prins JM, Jurriaans S, Roos M, Ferguson NM, van Praag R, et al. Slower decline of plasma HIV-1 RNA following highly suppressive antiretroviral therapy in primary compared with chronic infection. AIDS 2000; 14: 2831-9.]
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=523%5Bpage%5D+AND+rosenberg%5Bfirst+author%5D Rosenberg ES, Altfeld M, Poon SH, Phillips MN, Wilkes BM, Eldridge RL, et al. Immune control of HIV-1 after early treatment of acute infection. Nature 2000; 407: 523-6.]
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/10950796?itool=EntrezSystem2.PEntrez.Pubmed.Pubmed_ResultsPanel.Pubmed_RVDocSum&ordinalpos=1 Smith D, Berrey MM, Robertson M et al. Virological and immunological effects of combination antiretroviral therapy with zidovudine, lamivudine, and indinavir during primary human immunodeficiency virus type 1 infection. J Infect Dis 2000; 182: 950-4.]
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=709%5Bpage%5D+AND+Smith+DE%5Bfirst+author%5D Smith DE, Walker BD, Cooper DA, Rosenberg ES, Kaldor JM. Is antiretroviral treatment of primary HIV infection clinically justified on the basis of current evidence? AIDS 2004; 18: 709-18.]
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/10882619?itool=EntrezSystem2.PEntrez.Pubmed.Pubmed_ResultsPanel.Pubmed_RVDocSum&ordinalpos=2 Vanhems P, Hirschel B, Phillips AN, Cooper DA, Vizzard J, Brassard J, et al. Incubation time of acute human immunodeficiency virus (HIV) infection and duration of acute HIV infection are independent prognostic factors of progression to AIDS. J Infect Dis 2000; 182: 334-7.]
+
-
*[http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed?term=323%5Bpage%5D+AND+Vanhems+P%5Bfirst+author%5D Vanhems P, Lambert J, Cooper DA, Perrin L, Carr A, Hirschel B, et al. Severity and prognosis of acute human immunodeficiency virus type 1 illness: a dose-response relationship. Clin Infect Dis 1998; 26: 323-9.]
+

Versie op 20 feb 2019 17:30

De Amerikaanse richtlijnen (update oktober 2018) kunnen als uitgangspunt voor de diagnostiek en de behandeling van een primaire (acute) hiv-infectie dienen.

Confirmatie met NAAT na een negatieve of indeterminate test geeft kleine kans op het missen van een hiv-variant, die een primer mismatch heeft met de gebruikte PCR test en mist een eventuele infectie met hiv-2.
Bij gebruik van PEP kunnen hiv-RNA en antistoffen vertraagd opkomen.